Burgerschap: wat verandert er allemaal?
Het vak burgerschap gaat op de schop in het mbo: er komen nieuwe eisen aan de inhoud van het vak, docenten moeten verplicht een extra opleiding doen voordat ze burgerschap mogen geven, en vanaf studiejaar 2026-2027 moeten studenten bovendien examen doen in burgerschap om hun mbo-diploma te kunnen halen. Dit schrijft demissionair minister Dijkgraaf allemaal in een brief aan de Tweede Kamer. Wat betekent dit voor studenten?
JOBmbo is blij dat er verandering komt in het burgerschapsonderwijs, want de kwaliteit is al jaren onder de maat. Uit onderzoek onder ons panel van mbo-studenten blijkt dat studenten hun burgerschapsonderwijs gemiddeld slechts een 5,8 geven. Het huidige burgerschapsonderwijs sluit vaak niet aan bij de behoeften en de belevingswereld van studenten. Studenten geven bijvoorbeeld aan dat ze graag financiële educatie willen krijgen (en bijvoorbeeld leren hoe je eigenlijk belastingaangifte doet); ze willen dat er aandacht is voor relationele en seksuele vorming, en dat ze leren hoe ze hun (mentale) welzijn kunnen bewaken en bespreekbaar kunnen maken. Ook is er behoefte om in een veilige omgeving over maatschappelijke en politieke thema’s te leren en daarover te debatteren. In de nieuwe eisen voor het vak die nu op tafel liggen komt dit nog niet allemaal terug. JOBmbo roept daarom op om in de vernieuwde inhoud van het vak burgerschap ook ruimte te maken voor deze thema’s, zodat burgerschap voor studenten betekenisvol en praktijkgericht wordt.
Het examen dat ingevoerd gaat worden moet volgens de minister de vorm hebben van een portfolio. Zo’n portfolio kan bijvoorbeeld bestaan uit praktijkopdrachten, verslagen van bezoeken, presentaties en een eindgesprek. Deze vorm van examinering sluit goed aan op wat volgens JOBmbo de inhoud van het vak zou moeten zijn. Geen kennistoetsen, maar bijvoorbeeld een bezoek aan de Tweede Kamer of het zelf organiseren van een gesprek over mentale gezondheid op school zorgen ervoor dat burgerschap gaat leven voor studenten. Maar het invoeren van een extra examen om je diploma te kunnen halen betekent ook een verhoging van de prestatiedruk voor studenten. JOBmbo vindt het belangrijk dat scholen hier oog voor hebben en dat zij geen cijfer koppelen aan het portfolio. Het moet gaan om het leerproces van de student en daar hoort geen 4, 6 of 8 bij, maar simpelweg een voldaan/niet voldaan bij het inleveren van het portfolio. Immers, zegt een 8 dat iemand een beter burger is dan iemand met een 6? Het koppelen van een cijfer aan het vak burgerschap draagt niet alleen bij aan ongelijkheid tussen mbo-studenten, maar ook tussen mbo-studenten en hbo-/wo-studenten – van wie blijkbaar al wordt aangenomen dat zij een volwaardig burger zijn.
Daarnaast is het van belang dat de onduidelijkheid over de nieuwe inhoud van het vak en dus ook van het examen snel weggenomen wordt. Het is onacceptabel als studenten hier de dupe van worden nu hun diploma ervan afhangt. Goed toezicht op de kwaliteit van het vak en het examen moet bovendien voorop staan.
Tot slot heeft de minister besloten dat burgerschapsdocenten voortaan een relevante opleiding moeten doen. Als zij niet al een diploma hebben van een opleiding die een link heeft met burgerschap (bijvoorbeeld maatschappijleer), dan moeten ze een extra opleiding gaan doen. Een nieuwe inhoud en een nieuw examen voor burgerschap vraagt ook veel van docenten. Daarom is JOBmbo blij dat door deze maatregel iedere docent burgerschap de kennis en vaardigheden krijgt om dit in goede banen te leiden. Dit laat zien dat het burgerschapsonderwijs voor mbo-studenten serieus genomen wordt en een waardevolle toevoeging aan het curriculum is.